Gelijk in waardigheid en rechten

Column

Meer dan zeventig jaar geleden hebben de Verenigde Naties de universele verklaring van de rechten van de mens aangenomen. Daarin staat in 30 artikelen omschreven wat voor ieder mens op aarde zou moeten gelden. Een paar artikelen licht ik daar uit.

Artikel 1 - Alle mensen worden vrij en gelijk in waardigheid en rechten geboren. Zij zijn begiftigd met verstand en geweten, en behoren zich jegens elkander in een geest van broederschap te gedragen.

Artikel 2 - Een ieder heeft aanspraak op alle rechten en vrijheden, in deze Verklaring opgesomd, zonder enig onderscheid van welke aard ook, zoals ras, kleur, geslacht, taal, godsdienst, politieke of andere overtuiging, nationale of maatschappelijke afkomst, eigendom, geboorte of andere status.

Artikel 3 - Een ieder heeft het recht op leven, vrijheid en onschendbaarheid van zijn persoon.

Artikel 5 - Niemand zal onderworpen worden aan folteringen, noch aan een wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing.

Artikel 7 - Allen zijn gelijk voor de wet en hebben zonder onderscheid aanspraak op gelijke bescherming door de wet. Allen hebben aanspraak op gelijke bescherming tegen iedere achterstelling in strijd met deze Verklaring en tegen iedere ophitsing tot een dergelijke achterstelling.

Hoever is de werkelijkheid nog weg van deze verklaring!
Dat kunnen we elke dag ervaren als we de krant lezen. We werden er de afgelopen weken intensief mee geconfronteerd. De dood van George Floyd, die op 25 mei 2020 stierf nadat een witte politieagent hem op gruwelijke wijze het leven benam, bracht golven van woede en protest te weeg over de hele wereld. Ook in Nederland lieten mensen zich horen en werden er demonstraties gehouden. Ook hier lieten zwarte en witte – veelal jonge- mensen in grote getalen weten dat zij willen dat er een einde komt aan discriminatie op grond van huidskleur en ras.


In elke samenleving is discriminatie -subtiel of minder subtiel- van ‘black lives’ aan de orde. Het kan tot uiting komen in de schooladviezen op de basisschool, bij met het vinden van een stage, bij het uitzendbureau, op de stapavond, bij de toegang tot clubs, bij het beoordelen van je sollicitatiebrief, in je contacten met de politie en bij de belastingaangifte.
Black lives matter. Zwarte levens zijn belangrijk. Evenals levens van daklozen, levens van mensen met een psychiatrische ziekte, levens van ouderen die symptomen van dementie vertonen, levens van Levens van kinderen en volwassenen met een verstandelijke beperking. Het leven van iedereen die ‘anders’ is, is gelijk in waardigheid en rechten aan ieder ander mens op de wereld.


Gelijkwaardigheid is een van de kernwaarden van goede zorg in de AG. Heel fundamenteel dus. Maar ieder die in de zorg werkt, weet dat het ook voorkomt dat mensen betutteld worden. Dat er soms voor een bewoner wordt beslist wat ‘het beste voor hem is’. Dat de stem van de familie soms meer zeggenschap heeft dan de stem van de bewoner. Dat soms een praktische reden (b.v. een werkplaats die gevuld moet worden) meer de doorslag geeft bij een keuze voor een beroep, dan de wens van de bewoner. Dat gebeurt niet uit onwil of opzettelijk. Dat gebeurt omdat ieder vanuit zijn eigen referentiekader heel makkelijk een blinde vlek heeft in dit gebied. En denkt voor de ander.


Je weet niet wat het is om in deze ongelijkwaardige positie te verkeren, dus is het ook heel moeilijk om je hier echt in in te leven. Je weet niet hoe het echt voelt. Veel witte mensen kregen in de demonstraties door de gefilmde situatie van Floyd en de verhalen van zwarte sprekers contact met ‘deze andere wereld’: met ervaringen uit het leven gegrepen, met angst en hoop gekoppeld aan zwart zijn. Daardoor konden niet-zwarte mensen zich verbinden met het lot van zwarte mensen. Daarom konden zij zich voornemen om in hun leven – welke job zij ook zouden gaan uitvoeren- zwarte mensen niet uit te sluiten.


Mensen met een verstandelijke beperking kunnen vaak moeizaam of helemaal niet praten, laat staan overbrengen of en hoe zij ongelijkwaardigheid ervaren. Je moet moeite doen om de stem van hun wil te horen. Je moet moeite doen om te zien waar je niet gelijkwaardig met ze omgaat, zelfs en juist als dat je bedoeling helemaal niet is. Alleen als je daar oog voor krijgt, kan je je verbinden met iemand die een verstandelijke beperking heeft. Dan kan je je oefenen in gelijkwaardig en inclusief handelen.

Danja van der Meer

Meld je aan voor de nieuwsbrief van Antropos.nu

Regelmatig een inspirerend voorproefje van kleurrijke bijdragen.