Meer verbinding tussen Wonen en Werken door coronamaatregelen

Ervaringsverhaal

Natuurlijk is er met de komst van de corona en de bijbehorende maatregelen veel veranderd op ons terrein, de woon- en werkgemeenschap Breidablick. 

Bezoek mocht niet meer ontvangen worden. Medewerkers mogen maar op 1 huis werken, activiteiten gaan niet door. De ochtendopening mag niet meer. De bewoners die samenwonen op de woongroepen mogen alleen in die groep verblijven. Door al deze maatregelen was het niet meer mogelijk om de werkplaatsen open te houden zoals wij dat gewend waren.

Door die sluiting van de werkplaatsen zijn we met een aantal medewerkers al snel bij elkaar gaan zitten. En we hebben een plan gemaakt. De basisgedachte van dit plan was, dat alle werkplaatsleiders aansluiten bij een huis, om daar het werken of het invullen van vrije tijd vorm te geven. Het is mooi om te zien hoe iedereen zich razendsnel heeft ingezet om dit goed vorm te geven. We hebben gekeken naar wat wél mocht en wat wél mogelijk was. En daar ontstond bijna als vanzelf een invulling van het plan.

Zo is er woongroep die als groep is gaan weven.
Iedere ochtend komt er een e-mail binnen met de link naar de ochtend opening. Via de computer kan iedereen zo toch de opening beleven. Zo krijgt alles een andere vorm en blijven we zoeken naar mogelijkheden om wat niet meer kan toch mogelijk te maken.

Wat mooie in deze tijd is dat op een heel natuurlijke en vanzelfsprekende manier meer verbinding ontstaat tussen Wonen en Werken. Er gebeuren hele mooie dingen vind ik, en er zijn ook fikse discussies. Wonen en Werken ontmoeten elkaar en leren elkaar kennen. Ze leren ook elkaars expertise, kennen. Het vraagt heel iets anders van je om een werkplaats te runnen en de bewoners het vak te leren, dan wanneer je op een huis werkt en veel bewoners begeleidt bij bijvoorbeeld de persoonlijke verzorging.
Ik denk dat dat verschil goed is en dat het er moet er zijn. Dat is soms lastig in de samenwerking en tegelijk vullen de kwaliteiten die nodig zijn in het Wonen en Werken elkaar aan.

Er zijn medewerkers die ‘bang’ zijn dat het weer naar het oude teruggaat, naar ‘de tijd voor corona.’ Zij zijn bezorgd dat er weer meer afstand ontstaat tussen Wonen en Werken. Deze medewerkers zijn blij met het contact, de nauwe samenwerking van nu. Zij zeggen: “Het zorgt ervoor dat je samen dichterbij een bewoner kunt staan.” Er zijn zelfs bewoners die noodgedwongen werken op een andere werkplaats en veel meer tot hun recht komen. Toen ik vroeg waaraan deze medewerker dat merkte, zei ze: “Nou, hij ziet er blij uit en ik hoorde hem zingen, dat was echt al heel lang geleden.”
Maar het is ook zo dat velen hunkeren naar de situatie voor corona. Het vraagt in veel gevallen iets anders van de bewoners en medewerkers en dat kost energie. Een bewoner zei: “Ik was bakker en nu ben ik tuinman, dat is ook leuk. Maar als de corona weg is ben ik weer bakker hoor!”

De vraag die nu leeft op Breidablick is: Hoe kunnen we het goede uit deze periode meenemen en een plek geven in de nabije toekomst, ook als straks de maatregelen verder versoepeld kunnen worden? Hoe kunnen Wonen en Werken nauw blijven samenwerken en zo de bewoner nog meer centraal stellen?

Renee Slot
Teamleider Werken Breidablick

Meld je aan voor de nieuwsbrief van Antropos.nu

Regelmatig een inspirerend voorproefje van kleurrijke bijdragen.